Rechter: huisdieren verwaarlozen mag, want veehouderij doet het ook

Hond achter hek

Al jarenlang verwaarlozen een moeder en dochter in het Limburgse Sittard hun vele huisdieren. Enkele dieren overleefden de erbarmelijke omstandigheden niet, andere werden net op tijd in beslag genomen. In april kwam de zaak eindelijk voor de rechter, maar diens uitspraak is onbegrijpelijk: het blijft bij een taakstraf. De bizarre reden: “de wijze waarop de samenleving met andersoortig dierenleed omgaat”.

Verwaarloosde, graatmagere en dode dieren

Moeder en dochter, beide verstandelijk beperkt, houden alle hulpverlening af, wantrouwen mensen en willen veel dieren om zich heen. Te veel, zo blijkt als de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID) tijdens inspecties ernstig verwaarloosde, graatmagere en dode dieren aantreft. Over de jaren worden keer op keer dieren in beslag genomen, maar er komen altijd weer nieuwe dieren bij. De twee kunnen ongestoord hun gang gaan.

Situatie van deze huisdieren is heel zorgelijk

De officier van justitie acht de situatie van de dieren heel zorgelijk. Ze zijn volledig afhankelijk van de twee verdachten, maar deze verklaren zich er niet altijd toe te kunnen zetten de dieren te verzorgen. De dieren worden aan hun lot overgelaten. Voer dat wordt gedoneerd, wordt niet aan de dieren gegeven. Een pony wordt opgesloten en vergeten, het dier sterft van honger en dorst.

Het is verboden om dieren zorg te onthouden

In artikel 2.2 lid 8 van de Wet dieren is een verbod opgenomen om dieren de nodige zorg te onthouden. Onder deze norm kunnen meerdere gedragingen vallen, zoals het onthouden van voer en water, het onthouden van medische zorg aan een ziek of gewond dier en het onvoldoende verschonen van hokken.

Overtreding van deze norm is een strafbaar feit. De rechter bevestigt dat moeder en dochter zich hier schuldig aan hebben gemaakt, en vraagt zich vervolgens af welke straf hier bij hoort.

Nare feiten zijn maar één kant van de zaak

De rechter erkent dat het gaat om heel nare feiten die in sommige gevallen tot de dood hebben geleid, maar meent dat de ernst van de feiten maar één kant van de zaak is. Het houden van dieren raakt aan de essentie van het bestaan van de twee verdachten. “Ze houden zich met weinig anders bezig”, aldus het arrest. Hielden ze zich maar met wat anders bezig! Meerdere dieren moesten de ‘dierenliefde’ van de verdachten met de dood bekopen.


Het gaat ‘slechts’ om dieren, zegt de rechter

De hierop volgende relativering slaat alles. De rechter redeneert:

“(…) we moeten ons voor ogen houden dat het ook bij huisdieren ‘slechts’ om dieren gaat en hoe we in Nederland in het algemeen met dieren omgaan. Als je zou gaan kijken in de industrie, de veehouderij, en hoe daar dieren worden gehouden, zou je daar immers voortdurend situaties kunnen uitlichten die tot soortgelijke nare dossiers zouden leiden. Dat accepteren we echter en dat relativeert het verwijt dat we aan de verdachten kunnen maken.”

Geen houdverbod

De rechter legt dan ook geen houdverbod op, maar slechts een voorwaardelijke taakstraf van vijftig uur en een proeftijd van twee jaar. Moeder en dochter mogen in deze proeftijd bovendien ieder nog twee dieren blijven houden.

Een trieste en onbegrijpelijke uitspraak die pijnlijk duidelijk maakt dat de rechter geen waarde hecht aan het oordeel van politie en dierenwelzijnsinspecteurs, die hem hebben gevraagd een einde aan dit dierenleed te maken.

(Huis)dieren vogelvrij

Deze rechterlijke uitspraak is een gevaarlijke relativering van dierenmishandeling. In plaats van te redeneren dat we dieren in de veehouderij de zorg moeten geven die we passend vinden voor onze huisdieren, stelt de rechter dat we met onze acceptatie van het voortdurende dierenleed van onder meer varkens, koeien en kippen, de ernst van het dierenleed van honden, katten en paarden moeten relativeren. Blijkbaar, zo meent de rechter, vinden we dierenleed gewoon niet zo erg. Het gaat immers ‘slechts’ om dieren.

Deel dit artikel
Robyn Pees

Als jurist en inhoudelijk medewerker zet ik me in om een einde te maken aan het enorme leed van de miljoenen dieren achter de gesloten staldeuren van de veehouderij. Ooit zal de mensheid met afschuw terugkijken naar de erbarmelijke manier waarop we nu met onze mededieren omgaan. Ik wil er met mijn werk aan bijdragen dat ik die dag nog ga meemaken. Ieder dier heeft recht op een dierwaardig leven. Dieren kunnen niet voor zichzelf opkomen, daarom moeten wij ze een stem geven!