Zo kies je een goede manege

paarden in paddock paradise
Als je goed kijkt, kun je meestal wel zien of een paard zich lekker voelt. Blije paarden glanzen en zijn rustig, vriendelijk en nieuwsgierig. Foto: Sabine Grootendorst/Dier&Recht

Als je een goede manege zoekt, dan is er veel om op te letten. De stallen, de paddock, de wei. Verzorging, voer, strooisel. Het gedrag van de paarden en de instructeurs. Maar de belangrijkste vraag is: wat heeft een paard nodig om zich goed voelen?

Een paard leeft van nature in een stabiele kudde met heel veel ruimte en gras en kruiden om te grazen. Een manege die zoveel mogelijk aansluit bij de behoeftes van paarden heeft dan ook de voorkeur!

Leefruimte

Als kuddedieren is het voor paarden belangrijk dat ze tijdens het loslopen samen zijn met één of meerdere soortgenoten. Dit kan zijn in een weiland, een paddock of een paddock paradise. Dat laatste is een terrein met verschillende voederplekken en een uitnodigend looppad. Kijk of de kudde rustig is, of er voldoende droge plekken zijn om te liggen en ieder paard goed bij het voer kan. Is er ook schaduw? Als paarden chagrijnig zijn, kan dit een teken zijn van stress.

Om paarden individueel te voeren, kan een stal praktisch zijn. Maar voor het paard zelf is een dichte stal zelden een eerste keuze. Paarden zijn steppedieren en leven niet graag in een afgesloten ruimte. Te kleine stallen of stallen met dichte muren veroorzaken veel stress. Paarden hebben liever de vrijheid om zelf te kiezen of ze beschutting willen of buiten lopen. Als de paarden toch verplicht op stal staan, dan liever alleen ’s nachts. De stallen moeten ruim, schoon en licht zijn en elk paard moet languit kunnen liggen en rollen. Omdat paarden behoefte hebben aan contact met de kudde, zijn de zijkanten van individuele stallen zijn bij voorkeur zoveel mogelijk open of van traliewerk (in ieder geval niet dicht. Vrije keuze voor een inloopstal is uiteraard beter.

Lessen

Iedere instructeur heeft eigen stijl en die moet bij je passen. Deze signalen wijzen op diervriendelijke lessen:

  • Het tuig past goed en de paarden zijn vrolijk als je aansingelt of het hoofdstel omdoet. Als een paard boos wordt dan heeft het mogelijk pijn bij het rijden of van het tuig
  • Groepen liever niet groter dan zes ruiters
  • De focus ligt op het opbouwen van een relatie met het paard. Dit betekent onder andere uitleg over de communicatie tussen paard en ruiter op de grond (grondwerk) en aandacht voor diervriendelijke leermethoden en het effect van beloning (R+)
  • Paarden lopen niet meer dan twee uur per dag met een ruiter (met pauzes)
  • De instructeur let op dat een ruiter ook qua gewicht bij het paard past
  • De lessen vinden plaats zonder pijnlijke dwangmiddelen zoals een bit, hulpteugels, sporen of slaan met een zweep. Leren paardrijden met je stem, houding en beloningen is veel diervriendelijker

Gedrag en signalen

Als je goed kijkt, kun je meestal wel zien of een paard zich lekker voelt. Blije paarden glanzen en zijn rustig, vriendelijk en nieuwsgierig. Ze protesteren niet bij het optuigen en hebben geen schuurplekken of wondjes onder het zadel. Zie je een paard wild zwaaien met zijn staart, bokken, weigeren, het hoofd schudden of hoog houden, dan is er iets mis. En merk je vervolgens dat er vanuit de manege geen aandacht is voor deze signalen van stress, angst of pijn, zoek dan een andere plek om paard te rijden.

Op de website van Denken over paarden (Dop) vind je een overzicht van maneges die werken volgens moderne, diervriendelijke principes. Voor die principes heeft Dop vier verschillende kwaliteitslabels ontwikkeld.  Andere maneges of particulieren die lessen aanbieden met privépaarden kunnen ook diervriendelijk zijn. Wees niet bang om kritische vragen te stellen!

Deel dit artikel
Sarah Pesie

Als dierwetenschapper en -gedragsdeskundige ben ik verantwoordelijk voor de wetenschappelijke onderbouwing van de campagnes voor paarden. Ik ben daarnaast ook bijzonder geïnteresseerd in het natuurlijke gedrag van paarden, honden en katten. Met onderzoeken en publicaties informeer ik het publiek over de vele misstanden rond deze dieren. Ik hoop dat mensen zich daardoor meer verdiepen in de belevingswereld van dieren en zo beter begrijpen wat hun dier nodig heeft om gelukkig te zijn.