Paarden oververhit bij wedstrijden tijdens hittegolf

paard tijdens springwedstrijd

Afgelopen weekend heerste er officieel een hittegolf. Het KNMI gaf code oranje: “Beperk lichamelijke inspanning,” luidt in dat geval het advies. Diverse wedstrijdruiters hadden daar echter lak aan. Van donderdag tot en met zondag werden in Limburg het Nederlands Kampioenschap Springen en een cross gereden. Volgens het KNMI was het ’s morgens al rond de 34 °C en werd het op zaterdag het heetst met 37 °C.

De ene wedstrijd wordt wél, de andere wordt niet afgelast

Het verbaast Dier&Recht dat niet alle wedstrijden zijn afgelast. De aangespannen wedstrijd in Houten (Utrecht) werd “in het belang van mens en dier” wél afgelast in verband met de hitte. Het hitteprotocol van de Sectorraad Paarden geeft aan dat wedstrijden afgelast worden vanaf een temperatuur van 35 °C. In Limburg is dit niet gebeurd. Het protocol kent helaas geen sancties.

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) raadt vanaf een temperatuur van 27 °C extra zorg aan met dierentransporten. Vanaf 35 °C zijn transporten verboden. Bij de paardenwedstrijden is hier onvoldoende op gecontroleerd. Wettelijke richtlijnen voor de paardensport blijken wederom noodzakelijk: de sector zelf handhaaft onvoldoende.

Bij welke temperaturen gedijen paarden?

De comfortzone voor een paard ligt ongeveer tussen de -5˚C en 24˚C. Van nature heeft een paard een wat lagere omgevingstemperatuur nodig dan de mens.

Bij hogere temperaturen of bij arbeid gaat een paard zweten om zijn lichaam actief af te koelen. Maar het afkoelende effect van zweten heeft een limiet, afhankelijk van de omstandigheden kan een paard wel 15 liter zweten in een uur. Afkoelen is bovendien moeilijker bij hogere omgevingstemperaturen. Dat was afgelopen weekend zonder meer het geval. Tijdens het zweten verliezen de paarden veel zouten zoals natrium, chloride en kalium. Door een zouttekort kunnen ze krampen krijgen. Paarden met hittestress verliezen hun concentratie, worden futloos en kunnen in ernstige gevallen stoppen met drinken.

Paarden worden het slachtoffer

Vaak claimen ruiters dat ze heel goed voor hun paarden zorgen. Wij zien echter een grote discrepantie tussen die bewering en de praktijk van de paardensport. Bij de cross in Limburg afgelopen weekend kwam een ervaren crosspaard ten val en brak zijn been. Het paard is vervolgens geëuthanaseerd. Dit slachtoffer was niet nodig geweest.

In een cross moeten paarden springen over vaststaande hindernissen zoals stapels boomstammen. Dit is gewoonlijk al erg gevaarlijk: paarden vallen regelmatig, vliegen over de kop of bezeren hun benen. Déze cross werd gereden bij temperaturen boven de 30 °C. Onverantwoord omdat paarden sneller hun concentratie verliezen in de hitte.

Het ongeval riep honderden verontwaardigde reacties op. Mensen vragen zich terecht af waarom de wedstrijd überhaupt doorging in die hitte. In het artikel dat hier melding van maakt, staat dat men aan het hitteprotocol voldeed. Maar ook al worden de paarden vaker gekoeld, krijgen ze vaker te drinken, en staan er ventilatoren in de stallen, het blijft een onverantwoorde, dieronvriendelijke keuze om paarden in deze hitte in hoog tempo over hindernissen te jagen.

Gebrek aan onafhankelijke controles

De sector handhaaft op wedstrijden zelf en dat gebeurt uitsluitend met door de sector zelf aangewezen dierenartsen. De risico’s voor de dieren zijn te groot, er zijn absoluut onafhankelijke controles nodig.

Daarom strijdt Dier&Recht voor minimale wettelijke eisen voor de training en sport met paarden. Pas dán kan er worden gehandhaafd. Een misstand, zoals rijden in de hitte voor het plezier van ruiters, moet niet langer mogelijk zijn.

Teken ook de petitie voor wetgeving in de paardensport!

Deel dit artikel
Sarah Pesie

Als dierwetenschapper en -gedragsdeskundige ben ik verantwoordelijk voor de wetenschappelijke onderbouwing van de campagnes voor paarden. Ik ben daarnaast ook bijzonder geïnteresseerd in het natuurlijke gedrag van paarden, honden en katten. Met onderzoeken en publicaties informeer ik het publiek over de vele misstanden rond deze dieren. Ik hoop dat mensen zich daardoor meer verdiepen in de belevingswereld van dieren en zo beter begrijpen wat hun dier nodig heeft om gelukkig te zijn.